Nog zeven boeken om de hondsdagen te overleven

“Van Mozes tot Mozes was er niemand als Mozes.”
(joods gezegde)

  1. Gids der verdoolden van Mozes Maimonides
  2. De stok van Schopenhauer van H.C. Ten Berge
  3. Papieren vrienden van Jan Konst
  4. Mens is de naam van Philip Hoorne
  5. De notities van Nemo van H.C. Ten Berge
  6. De zee is een zij van Jan van Meenen
  7. Crudités van Anneke Brassinga

Laat deze boeken maar zwaar wegen in uw reisbagage!

Hendrik Carette
Uw leesvriend

gedicht in kleur

Le petit pâtissier van Chaïm Soutine

(olie op doek, 1922-1923)

Zie zijn belachelijke ronde muts als van een paashaas
met links en rechts twee grappige uitsteeksels
boven zijn rood gloeiende oren.

Want bij de brandende oven is het zo warm
en elke nacht na middernacht
begint de dag voor de bakker en banketbakker.

Hij oogt niet bedroefd of niet blij maar verwonderd
dat hij werd geportretteerd
omdat hij gewoon de slagroom en de crème au beurre

de bloem, het meel en de eieren
de ditjes en datjes kan afwegen voor de deeg
van Parijse pasteitjes en Franse taartjes.

Zijn handen zijn te groot of te slecht geschilderd
maar dankzij deze Soutine voel je echte compassie
voor deze schriele ambachtsman met een scheve neus.

Hendrik Carette

Bij de dood van Fernand Florizoone

Elegie voor Fernand Florizoone

                    Noodlottigheden om ons heen 

De Franse grens achter Adinkerke werd gesloten,
de moeren werden bedolven onder beton
grind en steenslag.

De kusttram reed al lang niet meer door de duinen
want de regen overviel al weken
de dreven en de aardewegen.

We aten kokkels en zeepokken in Koksijde
en boterhammen met oud smout
want de groensels waren zwart geworden.

De zee en het zeewater vloeiden over de dijk
en de vrouwen werden groene zeemeerminnen
of geblondeerde heksen in Nieuwpoort op de pier.

De verlaten villa’s, bungalows en lege flatgebouwen
werden belegerd of gekraakt
door giftige kwade kabouters

en boeken werden verfrommeld als doorweekt papier.

Hendrik Carette

Bij zijn overlijden

Benoît van Innis, tekenaar en Bruggeling

Hij was een echte adellijke jonkheer,
maar geen blijde jonkman meer.
Zijn tekeningen waren zwart en grijs
in een acide inkt
want hij piekerde de godganse dag
als een protestant in dit katholieke land
over de dingen die hij zag.

Hij woonde niet meer in Brugge
bij zijn oude oma of zijn oom Gilbert.
Hij woonde al jaren in Brussel (1070)
en werd ons nieuwe guitige Kuifje
of Tintin die in zijn korte broek
of met een wijde pofbroek aan
naar ons paradijs; onze Congo wilde gaan.

Hendrik Carette

Leeslijst

Twaalf bijzondere Nederlandstalige boeken van het rampenjaar 2023

Elke maand minstens één uitzonderlijk goed boek.

  1. Vlaanderens waanzinnigste eeuw 1297-1385, Joren Vermeersch, Gent: Borgerhofff& Lamberigts, een meesterwerk van een historicus en jurist die kan schrijven en vertellen als een literair genie. Zijn verslag van o.m. de bloederige Guldensporenslag in 1302 is een kleurrijk en waarachtig lectuuravontuur. Ook de opstand van de boerenrebel Niklaas Zannekin is zeer leesbaar en sleept de lezer mee ’s avonds tot in de nacht.
  2. Mens worden is een kunst, vier etudes van Rob Riemen, Amsterdam: – Polak & Van Gennep. Riemen is de stichter van het Nexus instituut en hoofdredacteur van het gelijknamige merkwaardige culturele en filosofische tijdschrift in boekvorm dat al sinds 1991 verschijnt.
  3. Dat alles ben ik, gedichten van Friedrich Nietzsche, Groningen: Historische Uitgeverij, samengesteld, vertaald & toegelicht door Ard Posthuma met een inleiding van Piet Gerbrandy en essays van Martine Prange en Mariëtte Willemsen. Wie dacht dat Nietzsche enkel een filosoof en een linguïst was, vergist zich schromelijk want hij was ook nog een soms duistere en zeer hysterische Duitse dichter.
  4. De Reynaert, Leven met een middeleeuws meesterwerk, Frits van Oostrom, Amsterdam: Prometheus. Alles over van den vos Reynaerde en onze middeleeuwen door deze geleerde met de historische teksteditie en een rood leeslint. Of een meesterlijk boek over een meesterwerk door een grootmeester.
  5. Het is een vlakte waar geen moeders wonen, op zoek naar Maurice Gilliams, door Hans Kleiss, uitgegeven in eigen beheer met aan de voorzijde een tekening van de dichter Gilliams door Antoon Marstboom en diverse foto’s en documenten. Beter dan een biografie want geschreven door een ware liefhebber die heel veel heeft opgegraven en gevonden.
  6. Alles onder de hemel, Ferdinand Verbiest en de ontdekking van China, Veerle de Vos, Kalmthout: Pelckmans. Bijna een ode aan de jezuïeten die zowel in Japan als in China actief waren. Een levenswerk. Of hoe een West-Vlaming van Pittem naar Peking reisde. Ook een goed leesboek voor ongelovigen, heidenen of protestanten.
  7. Elk woord ging ademhalen. Het leven van de dichter Martinus Nijhoff door Bart Slijper die hier als biograaf niet aan zijn proefstuk is over deze magnifieke modernist. Amsterdam : Prometheus. Nijhoff is trouwens de dichter van o.m. de beroemde sonnetten ‘De moeder de vrouw’ dat als volgt begint: “Ik ging naar Bommel om de brug te zien.” en het sonnet ‘Impasse’. Hij is ook de dichter van de dichtbundel Awater (1934) dat doet denken aan de titel van het gelijknamige poëzietijdschrift dat in Nijmegen wordt uitgegeven door het Poëziecentrum van Nederland en dat in 2002 werd opgericht door niemand minder dan Gerrit Komrij.
  8. Waarheidsliefde en biefstuk. Essays over lezen en schrijven van Arnon Grunberg.

Amsterdam : Nijgh & Van Ditmar. Deze onvermoeibare jood die in New York woont is een duivelskunstenaar die al veel heeft geschreven en gelezen en over alles en allen een uitgesproken mening heeft.

  1. Balts, dertiende dichtbundel van Luuk Gruwez, Amsterdam:De Arbeiderspers,de dichter van Vuile manieren (1994) en Wijvenheide (2012) is allang geen zeemzoete neo-romanticus meer, maar een nuchtere ironicus die soms sarcastisch wordt en toch altijd lyrisch blijft en niet zonder humor schrijft en wrijft. Zijn gedichten ‘De boeren boeren’ en ‘Psalm voor afvalligen’ konden mij zeker overtuigen van zijn toverachtige taalkracht.
  2. Austerlitz-Parijs-Alaska is de titel van de nagelaten verhalen of postuum uitgegeven verhalen door uitgeverij Brooklyn (www.uitgeverijbrooklyn.nl) van Jacob Maarten Arend Biesheuvel die in 2020 in Leiden overleed.Dit boek bevat dus unieke, zeer geestige en soms erg aangrijpende verhalen van deze onnavolgbare rasverteller. De inleiders en samenstellers Ruud Roodhorst en Erik de Bruin schreven een inleiding ‘Bies’ schaduwoeuvre’ die als volgt begint: “Als we Maarten Biesheuvel op zijn woord mogen vertrouwen, en er zijn voldoende redenen om dat vooral niet te doen, zijn de verhalen die hij in zijn ruim vijftigjarige literaire loopbaan bijeen schreef slechts het topje van de ijsberg.”
  3. Het voorland, nieuwe dichtbundel van Herman Leenders, Amsterdam : De Arbeiderspers. Deze schijnbaar eenvoudige meestal korte gedichten lijken soms wat al te simpel, maar bij herhaalde herlezing blijkt dat het sublieme en het subtiele van zijn gedichten wel degelijk vanuit het aardse oppervlak opborrelt;. De cyclus van tien Romeins genummerde gedichten ‘De velden van rouw en verdriet’ is een echte rouwcyclus die al het anekdotische ontstijgt.
  4. Oostende in de belle époque, ondertitel: ‘Het zwierige tijdperk van Ensor’, door Kurt van Eeghem, Kalmthout: Pelckmans Uitgevers. Deze zwierige causeur maakte een schitterende ode aan de stad Oostende en één van haar unieke bewoners; de excentrieke kunstschilder, muziekcomponist en carnavalist James Ensor die zo graag flaneerde op de dijk van deze badstad waar geen zinkgaten in de straten waren. En voor wie nog mocht twijfelen; Oostende is en was trouwens lange jaren één der mooiste en meest aantrekkelijke steden van dit land. En zelfs de geschiedenis van deze stad aan de Noordzee met het Beleg van Oostende dat duurde van 1601 tot en met 1604 maakt deze ooit zo mondaine stad ook tot een rebelse geuzenstad.

P.S. : en voor de gevorderden onder ons zijn er nog vier zeer merkwaardige boeken: Afscheid van de handkus van mijn goede collega Benno Barnard (Atlas/Contact), Frans en toch Vlaams van de onvermoeibare Frans-Vlaming Wido Bourel (Uitgeverij Ertsberg), Onder een andere hemel (Uitgeverij Prometheus) van Joke J Hermsen, de mooiste schrijfster van Nederland, en ten slotte het Handboek over H.C. Ten Berge, één van onze grootste dichters (PoëzieCentrum) met essays van eminente deskundigen als Piet Gerbrandy, Cyrille Offermans, Jooris van Hulle en Gerrit Jan Zwier.

Hendrik CARETTE

Schaarbeek, jan. 2024

gedicht bij een schilderij

Chaïm Soutine - Portrait d'homme (Emile Lejeune)

Portret van Emile Lejeune door Chaïm Soutine
(olie op doek, 1922-1923)

Uw snor is te klein en te vlekkerig

uw ogen zijn te klein en te waterig

uw oren zijn te groot

en uw nek is nog net geen zwanenhals

uw das is verknoopt

en uw colbertjas floddert vuil en bevlekt

uw hoofdhaar is te schaars geplakt op uw schedelpan.

Uw hele persoon lijkt gewrongen en verfomfaaid;

om deze reden heeft deze joodse meester

u honderd jaar geleden een portret aangenaaid.

Hendrik Carette

Portrait d’homme (Emile Lejeune)

Echt gebeurd

Een feestmaaltijd, in Quevy-le-petit, aan de Franse grens

Eerst begon hij, in naam van ons allen, luidop te bidden
en dan dankten we allen, mild en dankbaar, onze spijzen.

De rijke stamvader en gastheer stamde uit het Hageland
en reciteerde een Franse fabel van Jean de la Fontaine.

Met boerse waardigheid demonstreerde hij zijn moraal
en ik luisterde verbijsterd naar zijn burgerlijk verhaal.

Verblijd als een blinde die weer ziet verliet ik de lange tafel
en keurde, als een dierenvriend, de beesten in de stallen.

Later na de koffie met cognac (Franse melk) wandelde ik
naar het veld en de omheinde weide tot in Quevy-le-grand.

Maar ik zag geen geen stalmeiden en geen dronkaards
geen arme dompelaar, geen keuterboer en geen kompel.

Hendrik CARETTE

Herinneringsgedicht

Een aangenaam Antwerps kwartet

Paul Neuhuys was een subtiele dichter en

een magnifieke rookverkoper en leefde

uitbundig in de belle époque van zijn Dada.

Adriaan Peel benoemde bloemen en planten

met de Latijnse namen en werd later een monnik

in het hoogland van de Boeddha.

Julien Vandiest was een eminente schaakspeler

en plaatste als zacht zalvende filosoof

een pleister op open wonden en monden.

Guy Vaes was de laatste aristocraat van Antwerpen

en tijdens een lange lome zondag zag hij

als fotograaf alle graftomben en groeven in Londen.

Hendrik Carette

Uitzinnige uitspraken

Waarheden en wijsheden uit West-Vlaanderen

Wonder en is gheen wonder. (Simon STEVIN)

*

Waar een wilg is is een weg. (Jan VAN DER HOEVEN)

*

Een schizofreen is nooit alleen.(Fernand LAMBRECHT)

*

Het is de stilte die de muizen maakt. (Serge LARGOT)

*

De vouw glijdt telkens weer af naar de chaos, en de man klimt telkens weer op naar de kosmos – de steen van Sisyphus – het blijft een eeuwige strijd. (SAINT-RéMY)

*

De Belgische ziel – vroeger had men het over volksaard, maar dat mag niet meer; nu heeft men het over identiteit , maar die is ook verdacht – zou vooral een holle ziel zijn, gedefinieerd door wat ze niet is. (Luc DEVOLDERE)

*

Een goed boek is een goede vriend en mijne boeken zijn tegenwoordig nagenoeg de eenige vrienden die ik heb. (Caesar GEZELLE)

*

Iemand die ertoe gekomen is te geloven in de duivel en zijn pomperijen, moet onvermijdelijk ook geloven in God, zonder wie de duivel geen reden van bestaan heeft. (Herman BOSSIER)

*

Er is niets nieuws onder de regenboog. (Renaat RAMON)

*

Wij raken altijd het spoor bijster. (Frans DESCHOEMAEKER)

*

Ik ben van het blanke ras en ongehuwd. (Hugo CLAUS)

*

Heb je soms ook dat je leven aanvoelt als de ontkenning van de rede? (Marcel VANSMLEMBROUCK)

*

Hij moest de vriendelijke man in zich doden, hem van zich afschudden. Tot nu toe was vriendelijkheid zijn wandelstok geweest, maar waar had dit hem gebracht? (Herman LEENDERS)

*

In de dood zijn scepters en truwelen gelijk. (Willy DEZUTTER)

*

Boutens stond inderdaad voor een moeilijke tweesprong: zou hij voortluisteren naar de stem van Homerus of zou hij zich gewonnen geven aan de moderne Muze? (Karel DE CLERCK)

*

tussen brugge en brussel

100 kilometer wroeging en verraad.(Marcel VAN MAELE)

*

Mijn grimmigheid is niet de grimmigheid van een personage. (Alain DELMOTTE)

*

De deugd gaat in het midden, zei de duivel, en hij liep tussen twee kapucijnen. (Achiel VAN ACKER)

*

Het landschap van de archaïsche lyriek lijkt op een streek die door een orkaan werd geteisterd. (Patrick LATEUR)

*

De Basken zijn een woest bergvolk, de West-Vlamingen een woest herbergvolk. (Christian DUTOIT)

*

Embiorix, koning van Gallen / Es up die Romeinen gevallen. (Jacob VAN MAERLANT)

*

Brugge is een stad vol tegenstrijdigheden. Het is een stad met een sterk gotisch stempel, d.w.z. met een katholieke strengheid. (Willy VANDENBUSSCHE)

*

Ik ben blijde van geen artiest te zijn. (Hugo VERRIEST)

*

Soms is die mens een dulder, soms een strijder. (André DEMEDTS)

*

Twee talen intrigeren me vanouds: het Afrikaans dat relatief nieuw is en vecht voor een plaatsje onder de zon, en het ‘oude’ Bretons dat dreigt te stikken onder het gewicht van het Frans. (Jan DELOOF)

*

Als Bach geen religie had gehad, dan had hij de Mattheüspassie niet kunnen schrijven, maar hij heeft daarnaast ook mooie cantates geschreven die niets met religie te maken hebben. (Etienne VERMEERSCH)

*

Van die stille avondstonden in de eenzaamheid van mijn nieuw verblijf heb ik die ‘douce souvenance’ bewaard.(Stijn STREUVELS)

*

Joubert bewaarde in zijn bibliotheek alleen maar boeken waarvan hij hield. (Jan VAN HERREWEGHE)

*

Nee, Breugel was niet zo breugeliaans. (Gaston DURNEZ)

*

Net als Guérin heb ik het priesterschap tegen het dichterschap geruild. (Hedwig SPELIERS)

*

Het reusachtige russische klooster Rossikon had men gebouwd om er 1700 monniken te herbergen en nu lopen er geen vijftig sukkelaars meer rond. (Johan SONNEVILLE)

*

De zee is een zij.(Jan VAN MEENEN)

*

De Duinkerkse arts Michiel de Swaen (1654- 1707) schreef zijn proza, poëzie en toneelstukken in een Nederlandse standaardtaal, waarvoor Vondel en Cats model stonden. (Cyriel MOEYAERT)

*

De dood is geen dreiging maar een lange dracht. (Hendrik CARETTE)

Prozagedicht

Brugse Canto I

Daar op die verdwenen verzande zeearm

roeiden de Noormannen landinwaarts

dieper in het angstige bedreigde land.

Ginds hoog boven onze al te wankele hoofden

rijst de Hallentoren

waarvan de houten top helaas is afgebrand.

Daar aan de riante Rozenhoedkaai

dronk Rainer Maria Rilke zijn rozenwater

zoals niemand anders rozenwater dronk.

Achter de witgekalkte hypocriete muren

van het bisschoppelijk paleis heerst de bisschop

over zijn kanunniken, zijn kapelaans en de kosters.

En onder de bomen op de idyllische Dijver

vond Marguerite Yourcenar als een oude vrijster

een oud Vlaams roestvrij wafelijzer.

Hier onder deze stenen werd graaf Karel de Goede

als zoon van koning Knoet en Adela van Vlaanderen

vermoord door moordenaars en door bedelaars aanbeden.

In ’t Engels klooster bad en prevelde Guido Gezelle

als biechtvader en directeur van het geweten

voor jonge mooie Engelse nonnen die daar zongen.

En op ’t Zand bevond zich vroeger het station

voor de trein naar de binnenlanden

en de trein van elk eenzaam en verlaten perron.

Maar morgen koop ik voor u een wit kanten hoofddoek

en een mand met witte chocolade en Italiaanse limonade

aan ’t Minnewater waar die treurwilg staat.

Maar eerst gaan we zeewaarts met een zeilwagen

van de vernuftige Bruggeling Simon Stevin

naar dat strand van het voormalige eiland Cadzand.

Hendrik Carette