Notities

Dertien opstandige voetnoten

                                                     De zangvogel van de poëzie laat zich, net                                                                       als de uil, de vogel der wijsheid, slechts bij zonsondergang horen.

  1. Trotski, Literatuur en revolutie

 

In Bhoetan is iedereen boeddhist behalve de zeer zeldzame toerist.

*

Morgen zou ik nog moeten bellen met Henri Michaux, Osip Mandelstam en Jorge Luis Borges, maar ik vrees dat geen van deze drie vrienden een mobieltje heeft.

*

Laat honderden West-Vlamingen los in Namibië en de Namib-woestijn zal weldra weer vruchtbaar worden en honderden oases tellen.

*

Le plagiat ou l’intertextualité : attention un poète peut en cacher un autre.

*

De zwarte ogen en de machtige boezem van de Surinaamse Astrid Roemer imponeren mij, misschien moet ik haar romans en haar gedichten lezen.

*

Wat zou die schrijver Tom Lanoye die minstens zes maanden per jaar in Zuid-Afrika verblijft in hemelsnaam denken van die plaasmoorde aldaar? Wij horen er hier zelden over, maar de zaken in Zuid-Afrika staan er slecht voor en de blanke Afrikaners (Boeren genaamd) worden er stelselmatig uitgemoord. J.M. Coetzee de schrijver van de roman In ongenade vluchtte al lang voorgoed naar Australië en wat doet de bruinmens Tom Lanoye? En wie hoort nu nog de verontwaardigde stem van Breyten Breytenbach?

*

Vlamingen : vlucht de salons en de kamers waar de vleiers vleien.

*

God leeft niet meer als een god in Frankrijk. God woont als een zwerver op de vlakte van Pamir of als een sjamaan op de grens van Mongolië en Siberië.

*

Ik leef in kuisheid en houd van de hoofse liefde. Het vlees dat ik nog zelden eet is het wild vlees van het gevogelte. En het water dat ik drink komt bij voorkeur uit een bron bij Bergamo in Lombardije.

*

Tussen de zeeën en de bergen liggen soms nog de vlakten maar ik houd het meest van de zee en de bergen, zoals op Corsica waar de bergpieken zich loodrecht in de zee storten.

*

Ik ben geen katholiek meer (door mijn antipapisme) , maar een soort van postkatholiek (naar het woord van Luc Devoldere). Toch zijn het soms onze katholieke schrijvers die het best en het felst schrijven: ik denk dan aan Anton van Duinkerken, Kees Fens, Godfried Bomans, Lodewijk van Deyssel, Wim Bronzwaer en Harry G.M. Prick. Hoe kan dit? Ik denk door de kennis van en de vertrouwdheid met de traditie(s).

*

Gelukkig werd de weerzinwekkende keizer Nero opgevolgd door de zondige keizer Galba, maar wie – behalve Suetonius – denkt nu nog aan deze al te menselijke Galba.

*

Ik bezit al vijf jaren een gevaarlijk boek dat ik niet zal verbranden : de titel is Het gevaarlijke boek van Christopher Krebs (Antwerpen : Het Spectrum, 2011) over De Germania van Tacitus en de opkomst van het nazisme. De titel van de inleiding luidt als volgt : Het Onheilspellende Verleden. Voor mij zijn echter ook het heden en de toekomst eerder onheilspellend.

 

                                                                                             Hendrik Carette

                                                                     

 

laatste gedicht

Het laatste gedicht van Karl Kraus

 

                                               Wie hem had beluisterd wilde nooit meer naar de                                                        schouwburg, toneel was vervelend bij hem vergeleken,

                                               hij was in z’n eentje een heel toneelgebeuren, maar beter,                                              en dit wereldwonder, dit monster, dit genie droeg de hoogst gewone naam Karl Kraus.

                                               Elias Canetti, De fakkel in het oor

 

                                                                                 

Vraag mij niet wat ik al die dagen deed.

Ik blijft stom;

en zeg niet waarom.

De stilte is oorverdovend met al dat leed.

Geen zinnig woord komt nog uit mijn mond;

een open wond.

En in mijn stoutste dromen droom ik niet meer

van een zonnige dag op een terras.

De tijd roteert te snel en nu is al te laat;

niets is nog wat het ooit was.

Elk woord verloor zijn woordwaarde

en de hele wereld werd echt slecht.

 

 

Hendrik Carette

Gedicht

Het Duitse idealisme

 

 

                                                          voor Geert van Istendael

 

Na Kant en zijn godsbewijs werd Pruisen doordrongen

of omhuld door een dikke mist en nevel

en vanuit het oosten priemde de Pruisische geest

doorheen de dialectiek van Hegel.

 

In de salons van de protserige stenen huizen

en in de kleine heidehutten van plaggen

geloofden de jeugdigen met schillerkraag

in het bestaan van God en zelfs van Napoleon.

 

En buiten de esoterische tempels van de illuminaten

leidden de idealen van de idealisten

naar lange parades met fakkels en roffelende trommels

en uiteindelijk naar de schreeuw van de twintigste eeuw.

 

 

 

Hendrik Carette

Gedicht

Het boek der boeken

 

                                                                      Sô wol dir, wîp, wei reine ein nam!

                                                                      Reinmar der Alte (Reinmar von Hagenau )

 

 

Neen, ik ben geen Chaldeeër en de Chaldeeuwse

orakels ken ik niet, want ik blijf veelal bij mijn vier

evangelisten; Babel, Benjamin, Benn en Bloch.  

 

Alle anderen zijn apocriefe apostelen

of binnenkerkelijke ketters

die soms in en dan weer uit mijn canon springen.

 

Maar alleen de liederen van Hildegard von Bingen,

de preken en sermoenen van mystieke minnaressen

en de zangen van minnezangers laten mij zinderen.

 

 

Hendrik Carette

Zou het zo zijn ?

De dood

  

                                                                                 

De dood is als een beet van een varaan

op het paradijselijke eiland Komodo,

een beet van een dolle hellehond

of een ander menselijker monster.

 

De dood is als een kus aan de kust

een dodelijke zoen op de noen

een bloeding die niet eindigt

een hoest waarin je verstikt.

 

De dood is als een laatste rochel

een versmachting, een stijfte

of het zacht verglijden in de slaap

en het bereiken van het Shambhala.  

 

De dood is een feit zoals dat hard

en zwart vierkant van vriend Kazimir.

 

 

Hendrik Carette

 

brandnieuw gedicht

 

 

 

Het schaakspel

 

 

Een witte pion, een moedige zandstuiver van het voetvolk

nadert al vervaarlijk ver in het midden van het slagveld

en zal weldra worden geofferd.  

De zwarte koning waant zich veilig

in zijn versterkte villa met de mooie naam De Rokade.

Lopers lopen her en der en worden gevangen genomen.

Een paard maakt een gekke gewaagde sprong.

De zwarte koningin blijft dreigen

en de witte koningin valt naast haar verzwakte koning

want ook de twee witte torens werden al verwoest

op de kaal geslagen vlakte van het naderende eindspel.

 

Hendrik Carette

 

 

verboden tekst

Recht op antwoord of vier bemerkingen voor Henri-Floris Jespers

 

 

Niet met verbazing maar lichtelijk geïrriteerd door uw onnodige irritaties en onjuistheden in de Mededelingen van 16 december 2015 (nr. 263, op pagina 4 ) wil ik het hiernavolgende voor u en de lezers van het C.D.R. toch nog even verduidelijken:

  1. Het zijn geen trivia, maar realia.
  2. Ik poogde een ernstig essay te schrijven over een ernstig essayist. Niet over de invloedrijke gouverneur die hij uiteraard ook was.
  3. Wijlen Emiel Willekens hielp mij bij het verzamelen van toespraken van Richard Declerck. Maar dit waren eerder saaie teksten in de ambtelijke sfeer. Toch zou Emiel mijn essay ‘Een betere Bruggeling in de diaspora’ (in Jaarwerk MMXV) vermoedelijk wel hebben gewaardeerd. Hij was dan ook een wijs en rechtvaardig man.
  4. Als Bruggeling leed Richard Declerck niet aan het bekende Antwerps chauvinisme waaraan u als bewoner van het Antwerpse vaderland blijkbaar nog altijd hevig lijdt.

Graag herinner ik u aan de wapenspreuk van de Brugse heren van Gruuthuse die voor ons beiden altijd zou moeten gelden: Plus est en vous…

                                                                                                                     Hendrik Carette,

                                                                                                                19 december 2015

Actueel gedicht

 

 

Benno B. verlaat het Belgenland en vestigt zich in Engeland

 

 

O ironie: ook Guido Gezelle was een anglofiel en wilde

ginder zelfs een katholiek missionaris worden, maar dat mocht

niet van de strenge bisschop van Brugge.    

                                

Beste Benno, u bent geen baronet, maar ik bewonder uw

initialen zoals bij Benjamin Britten, Béla Bartok en Brigitte Bardot

(ja, ik word oud), Brigitte Balfoort (nee, ik blijf eeuwig jong)

en de tragische Billy Budd.

 

En wees gerust: de Picten blijven achter de Muur

van Hadrianus. Maar op dit geweldig eiland van Angelen

en Saksen leven veel bastaards, zoals hier.

 

En in de winter in de badstad Brighton

on the beach of op de pier

is heel weinig plezier.

 

Hoewel ginder aan de overzijde, vanaf het droevige Dover,

het gras voor u malser en groener moet zijn.

 

Hendrik Carette

 

 

 

 

 

Literair bericht

Hoera Ballustrada !

 

Het nieuwste nummer van het Zeeuwse literair periodiek Ballustrada (jaargang 29, nr. 3/4 2015) opent op de pagina’s 6, 7 en 8 met een driedelige hommage aan de Argentijn Jorge Luis Borges onder de titel ‘De mystieke Borges’ van Hendrik Carette uit Brussel. De redacteur Jan J.B. Kuipers (een echte Zeeuw uit Zaamslag dat zich in Zeeuws-Vlaanderen bevindt) schrijft in zijn reeks ‘Aan de arm van een zeearm’ een mooi stukje proza over het dorp Sint-Philipsland. De auteur Kees Klok uit Dordrecht vertaalde vijf gedichten van de Pakistaanse dichteres Moniza Alvi (Lahore, 1954) uit het Engels in het Nederlands en deze dichteres werd trouwens genomineerd voor de TS Eliot Prize for Poetry. En voorts zijn in dit nieuwe nummer ook nog gedichten te lezen van o.m. Anneke Brassinga, Jabik Veenbaas, Maarten Inghels, Yannick Dangre en ook van de West-Vlaamse Maud Vanhauwaert (°Veurne, 1984). Kortom ook na de intrekking van de subsidie van de Provincie Zeeland blijft dit frisse verrassende tijdschrift – dat elke jaar twee dubbelnummers brengt – rustig verder verschijnen en dit dankzij de abonnees die slechts 20,- euro betalen en de Vrienden van Ballustrada die iets meer willen betalen. Een los nummer kost 12,50 euro, een abonnement 20 euro over te maken op de bankrekening NL35 ABNA 049 92 02 864 t.n.v. Stichting Zeeuws Licht. ISSN 0921-0148. Voortaan wordt dit blad trouwens uitgegeven door de uitgeverij Liverse in Dordrecht. Nu vele Vlaamse en Hollandse (gedrukte) tijdschriften verdwijnen of al verdwenen zijn is het wellicht goed om even aandacht te wijden aan dit pretentieloze tijdschrift dat volgend jaar aan zijn dertigste jaargang begint.

Commentaar van Carette

Sloebers, schurken of strijders?

 

 Van de grote Griekse filosoof Herakleitos van Efeze uit de zesde eeuw voor Christus die wel eens ten onrechte of met reden de duistere wordt genoemd zijn twee fragmenten bewaard die de strijders tegen de godsdienstwaanzin van de fanatieke moslims goed moeten aanhoren. De eerste luidt als volgt  “Strijd is de vader van allen, de vorst van allen. De een laat hij god worden, de ander mens; de een maakt hij slaaf, de ander vrij.” (p. 95 in het boek Alles stroomt, vertaald en toegelicht door Paul Claes) en het tweede fragment (op p. 82) is niet minder verrassend en passend voor het wankelende weke Europa : “Een bevolking dient de wet even goed te verdedigen als de wallen.” Het korte commentaar van Paul Claes “Zoals wallen dienen om uitwendige gevaren af te wenden, dienen wetten om inwendige spanningen te beheersen.” moge duidelijk en eenvoudig klinken, deze raadgeving van Herakleitos wordt in dit oude verziekte Europa al lang niet meer toegepast, met al de nu meer dan ooit bloedig dramatische gevolgen. De vraag of de jonge terroristen uit Molenbeek, Schaarbeek en andere verpauperde en vervuilde oorden arme sloebers zijn, echte schurken of moedige strijders is absoluut niet meer relevant. De vraag is of het Westen zich wil en kan en durft verweren tegen de vloed van de zich almaar herhalende migratiegolven en tegen de politieke ideologie van de zeer strijdbare (alleen al demografisch gezien!) islam met haar tentakels in alle grote Europese steden.

Als lemmingen

En je moet geen demagogische extremist zijn om nu, na de laffe aanslagen in Parijs, eindelijk te beseffen dat de zogenaamde Westerse democratieën zich alom en allerwegen als lemmingen blindelings in de afgrond van de collectieve zelfmoord laten duwen. De strijders van de Islamitische Staat met zwarte vlaggen op hun jeeps zou men met enige filmische fantasie nog als idealistische krijgers kunnen zien. Maar de gemaskerde of ongemaskerde jonge fanatieke moslims in Parijs met hun Russische aanvalsgeweren waren hopeloze schurken die misschien enkel nog hoopten op een denkbeeldig martelaarschap en een al even denkbeeldige beloning in een (zeer saai) paradijs met gesluierde, gehoorzame maagden. Waar iedereen de saaie Koran leest en niemand mag zingen of een goed glas wijn mag drinken.                                                                                                                      

Hendrik Carette